Bernardus ter Haar is tot zijn huwelijk met Geziena Meenhuis dagloner, hetgeen inhoudt dat hij in losse dienst werkzaamheden verricht bij de verschillende boeren in het buurtschap. Na zijn huwelijk in 1877 treedt hij in dienst bij de grutterswarenfabriek van de "erven ten Cate" te Borne, met paard en wagen bezorgt hij dan meel e.d. bij de klanten in de omgeving van Borne. Hij werkt daar 6 dagen in de week en op zondag moet hij de paarden verzorgen. Om zijn inkomsten wat te vergroten repareerde hij in de werkplaats naast het huis boerenkarren en platte wagens.
Voor zover we hebben kunnen nagaan is Bernardus de eerste uit dit geslacht die anders dan als landbouwer zijn dagelijks brood verdient. Zijn werk bezorgt hem en zijn echtgenote al gauw de bijnamen "Grutters Naats" en "Grutters Sien". Met zijn grote gezin (9 kinderen) bewoont hij een oude woning aan de Grotestraat in Borne, op de plaats waar nu de boekenwinkel van Ten Tusscher is gevestigd (nr. 155).
Bovenstaande foto is genomen van De Horst medio 1914, later Hengeloschestraat geheten en nu Grotestraat. Rechts staat het door Levie Salomon in 1865 gebouwde huis, dat in 1895 werd gesplitst. In het rechtse huis woonde Hendrik Hulshoff de grutter en links slager Meier Spanjaard. In 1976 werd dit ’Spanjaardshuis’ gerestaureerd. Het pand links bestaat nog (nr 143), de woning van aannemer Olthuis, daarnaast het pand van schoenmakerij Tangelder en het Stenvershuis (dit is in 1973 afgebroken).
Na het ziekenhuisstraatje (in 1821 nog bleeksteeg geheten) staat de wagenmakerij van "Naats" ter Haar (Grutter Naats) en diens woonhuis.
|